Gisela Stange maakte de Slag om Berlijn van dichtbij mee toen ze 16 jaar oud was. Als lid van de Gesundheitsdienstmädel was ze getraind in eerstehulpverlening. Ze werd opgeroepen als verpleegster voor de medische dienst van de Volkssturm. Ze riskeerde haar leven bij het redden en verzorgen van gewonde soldaten en het assisteren bij operaties.
Gisela Stange werd op 14 maart 1929 in Berlijn geboren. Toen ze 10 jaar oud was, ging ze bij de Hitlerjugend, de nazi-organisatie voor jonge mensen. Vanaf 1939 moesten alle 10 tot 18-jarigen er lid van worden. Buiten het toezicht van hun families werden de jongeren er onderwezen in de nazi-ideologie. In januari 1945 rondde Gisela Stange een EHBO-cursus af en werd ze een zogeheten Gesundheitsdienstmädel.
Vanaf februari 1945 maakte Gisela deel uit van de medische staf van de Volkssturm, een militaire eenheid waarmee tijdens de laatste fase van de oorlog jonge en oude mannen naar het front werden gestuurd. Een paar dagen na 16 april 1945, toen het Sovjetleger de aanval op Berlijn begon, kregen Gisela en andere leden van de Volkssturm de opdracht om naar het stadcentrum te gaan. Met gevaar voor eigen leven verzorgden ze daar gewonde soldaten. Gisela liep helemaal door tot aan het regeringscentrum. Vanaf daar vluchtte ze naar het noorden via de trein- en metro tunnels. In een van die tunnel vloog een kogel rakelings langs haar hoofd .
Op het ondergrondse station Seestraße werd Gisela gevangen genomen door Sovjetsoldaten en naar een fabriek in de buurt gebracht. Uit angst voor verkrachting verborg ze haar lange haar. Maar haar vermomming werd ontdekt. Sovjetsoldaten schopten haar in het gezicht totdat er enkele tanden uit vielen. Een Sovjetofficier greep in en voorkwam dat ze verkracht werd. Drie dagen later werd ze samen met andere gevangenen gedwongen om Berlijn uit te marcheren in oostelijke richting. Op een onbewaakt moment wist ze te ontsnappen en keerde ze terug naar haar familie in de stad.